O p w e g n a a r A t h e n e - A l w i n S n i j d e r s
(Venster, mei nummer 2003)
DELFT - In de reeks interviews van roeiers die gaan voor de Olympische
Spelen was de Vensterredactie onlangs in gesprek met een lichte roeier. Hij
roeit in de nationale lichte vierzonder. Momenteel wordt hij helaas geteisterd
door een ribblessure, die als alles goed gaat op moment van jouw lezen weer
bijna verleden tijd is. Lees een neem een kijkje in de bewogen roeicarrière
van Alwin Snijders
Geboren: |
21 november 1977 |
Lid sinds: |
1997 |
Studie: |
Bouwkunde
|
Lengte: |
1.86 |
Gewicht: |
70,5 kg |
Broers: |
Edgar en Ivo (beide roeiers) |
PR Ergomax zwaar: |
6.12 |
PR Ergomax licht: |
6:16 |
Mooiste roeimoment: |
brons junioren WK, J4x- in 1995
Henley Royal Regatta in 2001 |
Karakter
Ik ben doorgaans heel rustig, maar als iets mis dreigt te gaan, heb je aan
mij een slechte. Dit jaar vier ik mijn tweede roeilustrum, dat kan alleen
maar als je lol in roeien hebt. Ik zit graag lang in de boot, kan heel erg
genieten van het roeien. Geen gelul tussendoor, gewoon lekker varen. Skiffen,
alleen in de boot gaat prima, maar in team gaat ook goed. Het is de uitdaging
verplaatsen van jezelf zo hard mogelijk martelen naar binnen het geheel zo
doen dat de anderen daar maximaal profijt van hebben.
Vroeger...
... was alles beter (grinnikt). Ik herinner me een muurtje verderop aan de
Schie wat er nu niet meer is met de beroemde tekst van de Poepacht. Herinneringen
aan vroeger zijn mooi, maar je moet met beide voeten in het nu staan en nu
aanpakken. Wat voor het roeien betreft, ik heb zo'n acht jaar gevoetbald,
een beetje getennist en aan cricket gedaan. Na ons verhuizen naar Haarlem
heb ik het voetbal vaarwel gezegd en ben begonnen bij 'Het Spaarne'. Mijn
broer Edgar roeide al langer, voornamelijk omdat hij niets met de bal kon.
In 1991 begon ik met een half jaar regioroeien, ben toen ook nationaal regiokampioen
geworden. Daarna ben ik gaan wedstrijdroeien en in de groep junioren 16 gekomen
waarin we gecoacht werden door René van Doorn. Hij heeft me ook begeleid
naar het seniorenroeien. We trainden met 10 man waaronder Coen Eggenkamp en
Jochem Verberne. Dit seizoen hebben we letterlijk alles gewonnen wat los en
zijn - wat ongebruikelijk is voor jeugdroeiers - ook al veel in het buitenland
geweest. De groep was getalenteerd, maar iedereen was ook heel gebrand op
hard trainen.
Concurrentie broers
Edgar roeide licht toen ik nog zwaar roeide, dus er was weinig strijd. Met
Ivo daarentegen is er zeker een directe concurrentie, we trainen nu in de
zelfde groep, hij in de lichte dubbeltwee, ik in de lichte vierzonder, maar
voor mij is het niet anders dan bij de andere roeiers. Ivo maakte hier ooit
een mooie opmerking over: 'Het gaat er niet zozeer om dat hij er niet in zit,
het gaat er om dat ik er in zit.' Het maakt niet uit, het hoort er bij: dat
is topsport.
Van coachen harder roeien
Het verschil was heel groot. Voor mijn coachjaar had ik een paar seizoenen
heel hard gevaren. In 1998 viel ik in een gat, ik stond niet met beide benen
in het nu, dacht dat alles geregeld was, maar dat viel tegen. Ik had een experimenteel
krachttrainschema, wat me overigens 7 kilo en veel spiermassa opleverde, maar
me ook veel weerstand kostte. Ik werd ziek, een week veertig graden koorts
zorgde voor tien kilo minder en het einde van mijn conditie. Tijdens het coachen
had ik de rust om na te denken over wat ik wilde en wat ik nodig had om te
kunnen roeien.
Nodig:
- mensen om mee te trainen, sparren is belangrijk, dan weet je de zin van
wat je doet in de week
- goed coachteam en bereid zijn hier ook tijd aan te besteden en zorgen dat
het team goed communiceert.
Henley
Hier moet je een keertje geweest zijn. Op de drukste dag kwamen er 20.000
mensen kijken naar het roeien. Ik moest de voorwedstrijd starten en het mooie
was dat er van te voren geen tijden bekend werden, er moet tenslotte op alles
gewed kunnen worden in Engeland. Heel het stadje draait twee weken lang om
roeien ... met stijl.
Leukste ploeg
Moeilijke vraag, elke ploeg heeft z'n charme. Ik heb er twee:
- De junioren 4x- met Jochem Verberne, Wigand Wildenborg en Coen Eggenkamp
in 1995. We waren voor onszelf heel kritisch, voor junioren waren we professioneel
bezig, maar tegelijkertijd ook heel ontspannen.
- De dubbeltwee met Jochem Verberne in 1998. We voelden elkaar blindelings
aan: aan de manier waarop hij de trap opkomt kan ik horen hoe hij zich voelt.
Roeihuis Amsterdam
Dit zijn huizen vanuit de KNRB, ooit opgezet voor Atlanta. Ik woon sinds kort
in een dergelijk huis met twee andere toproeiers. Er is al zoveel roeien in
mijn leven dat dit thuis niet stoort. Veel gesprekken gaan ook helemaal niet
over het roeien. Het is in principe gewoon een studentenhuis.
Head of Varsity
De Head. Ik zie de Varsity als een uit de kluiten gewassen regiowedstrijd.
De Oude Vier is niet onze traditie. Het eerste blik voor PE is overigens niet
van Eerstejaars Licht dit jaar, maar van Johan en Chris in de SA 4+ (als apart
nummer naast Oude Vier) lang geleden.
Boordroeien of scullen
Voor mijn huidige roeien maakt het werkelijk niet uit. Voor toproeien maakt
het geen verschil, het is beide interessant. Over vijftig jaar zie ik me eerder
in de skiff dan in een boordnummer. Qua beweging is scullen mooier.
Athene 2004
In Milaan moeten we ons qualificeren voor Athene: bij de eerste acht zitten
moet lukken! Het precieze verloop is afhankelijk van ons vervolgtraject met
de dubbeltwee en vierzonder. Of er een podiumplaats in zit op de Olympische
Spelen? Geen idee, het veld ligt zo dicht op elkaar dat bij wijze van spreken
de stand van iemands haar al bepalend is. Het wordt heel hard roeien, ik ben
tevreden als we meedoen in de finale.
Olympische droom
Het roeien bij de top is meer een gevolg geweest van het steeds verder opklimmen
naar dit niveau. Roeien is ontzettend leuk, daarom roei ik.
Alwin Snijders, Ruud Bouw, Judit Bax